Wakker worden in een andere wereld

Panamarina 14-1-2025

Catherine wacht geduldig op de werf

Het was een koude, grijze en natte dag in januari. Mijn minst favoriete weertype. Ik zag er naar uit weer terug te gaan naar Panama, naar onze boot Catherine, die geduldig en hopelijk niet al te vervuild op ons stond te wachten op de kant in Panamarina. Op de weerapp zag ik in Panama een constante temperatuur van 28 graden. Wel werd de komende week veel regen verwacht.
Nog een laatste ronde door alle kamers van het bovenhuis van ons pand in Rotterdam West om te zien of alles schoon en netjes was en we niets waren vergeten. De woning zag er top uit. Onze huurders kwamen in een gespreid bedje. Eric had enorm hard geklust aan het huis de laatste maanden. We lieten een mooie en complete woning achter.

Na 35 jaar eindelijk de trap opgeknapt

Liselot haalde ons op met haar kleine Aygo, die zij inmiddels van ons had overgenomen. We hadden veel bagage en het paste allemaal net. De materialen voor de boot konden we in de auto proppen en het grote pak met zonnepanelen bonden we op het dak. Nu maar hopen dat het grote pak mee zou mogen als ‘odd luggage’.
Liselot is als enige van ons reislustige gezin in Nederland. Na haar verblijf van een jaar in Curaçao is ze begonnen aan haar huisartsenopleiding, die tweeëneenhalf jaar duurt. Zoon Joris en zijn vriendin Maud zijn een half jaar geleden vertrokken met hun zeilboot en zijn nu onderweg van Kaapverdië naar Tobago in de Cariben. De geschiedenis herhaalt zich. Alleen zij maken deze reis op veel jongere leeftijd.

Met z’n vijven in A Coruña in juli ’24

Wat ben ik trots op mijn beide kinderen! Eric noemt Joris weleens gekscherend zijn verbeterde versie. Laat Liselot dan Karin 2.0 zijn.
We nemen afscheid van Liselot als ze ons afzet op Schiphol. Tot over een half jaar, lieve schat! Het inchecken verloopt zeer voorspoedig en ons enorme pak met zonnepanelen laten we achter bij de odd luggage in gezelschap van een aantal surfboarden. De vlucht duurt 14 uur en ik heb heerlijk de tijd om eens te reflecteren op deze afgelopen acht maanden. We hebben het razend druk gehad met werken, organiseren en ons huis opknappen en natuurlijk de broodnodige sociale gezelligheid.
De afgelopen maanden heb ik gewerkt voor twee taalscholen en Nederlandse les gegeven aan anderstalige volwassenen. Bij ABC Dutch, een kleine taalschool, gaf ik individuele lessen aan kleine groepjes, live of online. Veelal hoog opgeleide expats die het Engels goed beheersen.

Sint bij SNTR
Sint bij SNTR

Bij SNTR, de andere taalschool, gaf ik les aan statushouders, meestal vluchtelingen uit Syrië. Mijn cursisten daar hadden weinig of geen opleiding en beheersten het Latijnse schrift nog niet. Een groot verschil in aanpak, maar een ontzettend leuke uitdaging. ’s Morgens lesgeven aan de hoger opgeleiden, die razendsnel door de methode gaan en ’s middags met handen, voeten en plaatjes, mensen leren lezen en schrijven in een voor hun vreemde taal. Ik heb het enorm naar m’n zin gehad en het afscheid nemen viel me best zwaar. Met name aan de statushouders was ik erg gehecht geraakt. Bij het afscheidsfeestje bedolven ze me onder aandacht en cadeautjes. Wat een warme, lieve mensen allemaal! In Panama ga ik door met een aantal online lessen voor ABC Dutch.
We gaan nu voor de vierde keer terug naar onze boot in de Caraïben en telkens heb ik heel fijn gewerkt in Nederland. Het is een bijzonder leven om telkens weer te switchen van omgeving en bezigheden. De verschillen tussen de twee levens zijn groot en het switchen kost elke keer even tijd maar het gaat steeds makkelijker.

Huisje opgeknapt

Er zijn ook overeenkomsten. In Rotterdam hebben we ons huis, onze familie en vrienden en in de Caraïben hebben we onze boot en onze zeilvrienden. We klussen in Nederland aan ons huis en tijdens ons verblijf in de Caraïben klussen we aan onze boot. We brengen allebei werk mee uit Nederland.

De voornaamste verschillen zijn het klimaat, het tempo van leven en de overweldigende flora en fauna van de Caraïben. Telkens als ik terugkom in Nederland overvalt me het tempo van leven en de megadrukte van de stad. Het geploeter op m’n fietsje in de koude natte stad en dan elke keer weer ingehaald worden door een nieuw populair vervoersmiddel. Dan is er ineens weer een wildgroei aan scooters, e-(bak)fietsen of zoals de laatste keer

Project schroefaslager

weer een overdosis aan fatbikes. De ontwikkelingen gaan razendsnel en iedereen lijkt dan ook meteen het nieuwste van het nieuwste te bezitten. In de Caraïben heeft de tijd stil gestaan. Je leeft een soort jaren zeventig leven. Een simpeler, minder stressvol bestaan. Toch vind ik deze afwisseling heerlijk. Ik ben blij dat we het zo kunnen doen. Ik ben veel te gehecht aan alles en iedereen in Nederland om daar voor hele lange tijd afscheid van te nemen.
In de vroege avond komen we aan op het vliegveld van Panama. De warme vochtige lucht valt als een deken over ons heen. Direct het tempo aanpassen is wat we doen. Geen haast, geen stress. De taxi staat klaar en weer is het proppen geblazen met al die bagage. Ongeveer drie uur duurt de rit, het grootste gedeelte door de jungle en het laatste stuk over een onverharde weg met diepe gaten. De auto heeft slechte vering dus ik word danig door elkaar geschud. Het klettert onophoudelijk van de regen. Ik val achterin telkens in slaap en word steeds wakker geschud als de taxi door een diepe kuil gaat en met z’n chassis over de grond schraapt. De aardige taxichauffeur stopt in een wat grotere plaats bij een supermarkt, zodat wij boodschappen kunnen doen voor de eerste dagen. Wat een gewaarwording, half slaperig en onze lijven zo wit als melk, proberen we ons te concentreren op het aanbod. Best een grote supermarkt, maar toch zo anders dan thuis. Een vrouw kijkt me aan en zegt: ‘que ojos tan bonitos, wat een mooie ogen’. Ik word er verlegen van.

Uitzicht vanaf de boot
Uitzicht vanaf de boot

Dan arriveren we bij Panamarina. Het regent nog steeds pijpenstelen. Catherine staat braaf op ons te wachten. Eric fikst snel een ladder en we brengen onze bagage naar boven. Het ziet er in het halfdonker allemaal nogal rommelig uit en het ruikt behoorlijk muf naar schimmel. We kunnen door de regen nog niet luchten, dus we zullen een nachtje in deze onaangename lucht moeten slapen. Morgen zien we wel verder. Ik stort in een diepe slaap en word de volgende dag gewekt door het gebrul van de apen. We nemen de schade op aan de boot en constateren dat het meevalt. Flink poetsen en organiseren is wat ons te wachten staat. We gaan gewoon door met klussen alsof we niet net een afstand van 9000 kilometer hebben afgelegd.

Karin

 

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *