Breaking Bad in de polder

Rotterdam, 8 juli 2019

Zo, dat waren me twee weken wel zeg! Verhuisd van ons, inmiddels door huurders betrokken, appartement naar ons pied á terre, een klein kamertje drie hoog in ons vooroorlogs pandje in het Nieuwe Westen in Rotterdam. Ons (geen afscheids)feestje 22 juni werd de gehoopte knalavond met mijn bandjes Phoenix en Coolkast in café de Ooievaar. De muzikanten werkten zich uit de naad, bezwete ruggen, ik dreef bijna van de drumkruk af, dampende hoofden, natte oksels, kleverige T-shirts. Goesting! Rock ’n roll! Het pijpenla-cafeetje puilde uit, waggelde op haar eeuwenoude houten heipalen in de natte klei van de Voorhaven, kastelein Peter en zijn vrouw Mary konden het maar net aantappen, maar bleven heel de avond lachen.

 Vorige week deden we het over in MCA in Rhoon en afgelopen woensdag speelden we een paar nummers tijdens de afsluitende avond van de muziekschool in Rotown. Ook dat was weer een feestelijk gebeuren. Potverdorie, ik werd gekroond tot beste drummer van de avond! In een geïmproviseerd, door adrenaline wat warrig dankwoord, vertelde ik het publiek over onze aanstaande zeilreis. Dat riep de bekende reacties op waar we inmiddels mee bekend zijn: ‘Wat stoer!’ ‘Wat gaaf!’ ‘Ik moet er niet aan denken!’ En: ‘Kun je zeilen?’

In de tussentijd loopt het werk van Karin en mij op zijn eind. Karin is bezig met haar laatste week bij het Albeda College, waar ze als zzp-er Nederlandse les geeft aan anderstaligen en de intakes doet. Ik maak mijn laatste interviews met mbo-studenten , in opdracht van de gemeente Rotterdam. Zo zoef ik heen en weer tussen jachthaven Strijensas en wereldhaven Rotterdam, tussen bootklussen en werk. Ik krijg het maar net rond. Ook Karin lukt het maar net alles te doen wat gedaan moet worden voordat we kunnen uitvaren. Om het leuk te houden vertrekken we daarom een weekje later: eind juli.

Onze Catherine ligt in het water te wachten op wat komen gaat. Voortdurend wordt er in haar binnenste gevroet en gemorreld: de laatste klussen worden gedaan, leidinkje zus, draadje zo, schakelaar hier, aansluiting daar. Dat led-lampje in de natte cel (nautische taal voor badkamer) stel ik steeds uit voor belangrijkere klussen, zoals deze week het vervangen van de gebroken riem van de auto-pilot. First things first!

Tussendoor hou ik marktplaats.nl en eBay in de gaten voor interessante koopjes voor de boot. Zo viel mijn oog op een dubbel dekblokje om lijnen van de windvaan naar het stuurwiel de geleiden. Een zekere T. bood een nieuw exemplaar aan voor een redelijk bedrag. Ik wist er ook nog een tientje van af te halen. Wereldreizigers moeten immers op de kleintjes letten. Dit buitenkansje wilde ik niet laten lopen. Ik stapte zaterdagochtend om acht uur in mijn Aygo en toetste het adres in de navigatie. Vlaardingen. Mercuriusweg. Ik reed een muisstil bedrijventerrein op, in de polder naast de Nieuwe Waterweg. Geen hond op straat. Dichte luiken, geblindeerde ramen. Opeens dacht ik: klopt dit wel? Een nieuw Lewmar-blok voor de helft van de prijs. Word ik in een val gelokt? Je leest rare dingen over marktplaats. Die T. was ook wel erg kortaf in zijn communicatie. Zo zijn criminelen ook. Kein geloel. De navigatie leidde mij naar een doodlopend steegje. Beton, grijs, kil, een man stond tegen zijn auto geleund. Ik twijfelde: als ik die steeg inloop zit ik in de val. Ik kan nog terug. In een flits dacht ik aan een scène van Breaking Bad: Walter en Gus in de woestijn voor een schimmige deal. De beklemmende sfeer, dit loopt niet goed af. Geen weg terug. Het onvermijdelijke gaat gebeuren. Dat gevoel bekroop mij ook. Toch liep ik op de man af. Waarom? Misschien omdat ik mezelf anders een lafaard zou vinden. ‘T?’ vroeg ik kortaf. ‘Ja, en wie ben jij?’ ‘Eric’. ‘Waar kom je voor?’ Een vreemde vraag voor iemand die deze tijd en locatie zelf heeft voorgesteld. ‘Het Lewmar-blok’, antwoordde ik. Opnieuw dacht ik: dit klopt niet. Word ik misschien van achter aangevallen? Ik keek achterom. Daardoor zag ik niet dat T. zijn hand uitstak en zich voorstelde. Zijn toon werd vriendelijker: ‘Ja, sorry, ik heb hier met meerdere mensen afgesproken, je bent de eerste, daarom vraag ik het. Ik heb een faillissementspartij opgekocht. Doe ik vaker, vind ik leuk. Jouw blok zat daarbij.’ T. snuffelde wat in zijn achterbak. Hij gaf me het blok, ik gaf hem het geld. Zo ‘bad’ was hij nou ook weer niet.

Eric

Geschiedenis schrijven: (geen afscheids)feestje

Rotterdam, 19 juni 2019

‘Nee, het moet absoluut geen afscheidsfeest worden. Wel een mooie, gedenkwaardige avond, zodat we elkaar nog een keer zien voordat Karin en ik vertrekken’, zeg ik tegen iedereen die het wil weten. Ik verheug me er enorm op. Ik drum in twee bandjes, Phoenix en Coolkast, met jonge en oudere muzikanten, een bonte, o zo sympathieke muzikale vergaarbak. Enkele studenten, een therapeute, ICT-ers, een kok, een piloot en een zeezeiler. En mijn zoon. Geen professionals, wel hier en daar behoorlijk wat muzikaal talent. We spelen de avond vol in het gezellige café De Ooievaar in Rotterdam Delfshaven. Ze komen voorbij, de muziekhelden en -heldinnen die geschiedenis schreven, zoals Fleetwood Mac, Beatles, Jimi, Janis, Jeff Buckley. Plug in die gitaren en bestel bier! Het is feest ja!

Zittend achter mijn drumkitje, bezie ik aanstaande zaterdag al die fijne mensen, vrienden, familie, ook reguliere cafégangers die op de muziek afkomen, want iedereen is welkom. Gratis. Keep on rocking in a free world! Joris bezingt de waarheid met ‘I’m surrounded by people, beautiful people.’  Af en toe kijk ik door het raam naar buiten, terwijl Eva een voorschot neemt op ons vertrek naar Spanje, Portugal, Canarische eilanden, Suriname en de Cariben en zingt ‘A change is gonna come’.

Kijkend naar buiten, vanuit het dampende café, zie ik het water van de Aelbrechtskolk. Een watertje, omringd door historische panden, het was hier ooit de haven van Delft, midden in de polder, een dorp, dat in 1886 werd geannexeerd door Rotterdam. Ongelofelijk veel geschiedenis ligt hier voor het oprapen. Piet Heyn is hier in 1577 om de hoek geboren. Net als kunstschilder Kees van Dongen, driehonderd jaar later. Iets verderop staat een VOC-gebouw uit 1669, dat onlangs is opgeknapt met fraaie appartementen voor goed verdienende nazaten.

Een van de bekendste verhalen van toen is die van de Pelgrimvaders. Een geschiedenis van de Verenigde Staten begint, met enig gevoel voor overdrijven, hier om de hoek, in de Pelgrimvaderskerk.  De Pelgrimvaders, een groepje puriteinen dat Engeland was ontvlucht, voelden zich in ruimdenkend Holland met al dat werelds vermaak toch niet helemaal thuis. Ze besloten er in 1620 vandoor te gaan. Na een laatste dienst in de kerk, op 50 meter afstand van mijn drumstel in De Ooievaar, stapten de gelovigen aan boord van de Speedwell. Ze vertrouwden op God, maar als ze eerst een deskundige naar het wrakhout hadden laten kijken, dan hadden ze het er niet op gewaagd. Eenmaal op zee bleek de boot zo lek als een mandje. Ternauwernood haalde het Southampton. Daar stapte het gezelschap over op de Mayflower. Aan boord stelden de Pelgrimvaders regels op: de Mayflower Compact, een eerste primitieve grondwet van Amerika. Ook Thanksgiving, een soort Amerikaanse Koningsdag, is bedacht door dit groepje gelovigen. Leuk om te weten toch? Belangrijker is dat Stadsbrouwerij De Pelgrim, naast de kerk, in het voormalige Raadhuis, zelf bier brouwt, waaronder het smakelijke Mayflower.

Genoeg gemijmerd. Het volgende nummer is aan de beurt. Ik tel tot 6, het is een zeskwartsmaat, dan zingt Eva: ‘Cry Baby!’ We zwelgen in de emoties van de jaren 60. Ook geschiedenis, maar dan springlevend. Heerlijk. Zaterdag 22 juni, vanaf 21 uur.

Eric

Lozen

Aan de vooravond van onze grote reis, moest ik ineens terugdenken aan onze eerste reis samen. We hadden nog geen verkering, kochten een open ticket Mombassa en vertrokken voor een paar maanden naar Oost Afrika. De verkering kwam vanzelf en we reisden rond in het prachtige Oost-Afrika. We leerden elkaar kennen, werden een hecht team en vrij snel na deze zeer speciale reis kwam de gezinsuitbreiding.

Nu dertig jaar later gaan we een nieuw avontuur aan. Terugkijkend lijken die dertig jaar voorbij gevlogen. Maar wat hebben we in die tussentijd veel verzameld aan spullen. Het past lang niet allemaal meer in die ene gare rugzak. Nu kan er wel iets meer mee op een boot dan in een rugzak, maar toch moeten er veel spullen worden geloosd.

Gelukkig verhuren we onze huizen gemeubileerd en hebben we nog een berging om onze persoonlijke spullen op te slaan. Toch gaan alle spullen dezer dagen door mijn handen. Ik probeer zoveel mogelijk weg te doen, maar elke keer is er weer dat dilemma: ‘bewaren of wegdoen’ en telkens vraag ik mezelf af ‘zal ik het missen als ik terugkom?’.

Niet alleen spullen probeer ik te lozen, ook  kilo’s die er in de loop der jaren bij zijn gekomen. Ik ben weer aan het hardlopen en let op mijn eten. Hoe zal dat gaan straks op de boot? Natuurlijk kan ik lekker hardlopen en wandelen als we aan wal gaan, maar tijdens langere oversteken zal ik niet kunnen hardlopen. Nu las ik in blogs van andere wereldzeilers, dat door de constante deining je lichaam steeds moet stabiliseren en dat je daardoor wel kilootjes loost. Elk nadeel heeft toch ook zijn voordeel.

Wat ik ook wil lozen tijdens de reis is stress. Het afgelopen jaar is druk, hectisch en bij tijd en wijlen stressvol geweest. We hebben hard gewerkt om alles mogelijk te maken. Ik werk door tot 13 juli en daarna begint het avontuur. Ik stel me zo voor dat we vanuit Rotterdam vertrekken (hoor ik een liedje?) en dat we worden uitgezwaaid door familie en vrienden. Dan varen we  naar ’t Haringvliet, gooien het anker uit, ontkurken de fles en lozen de stress.

Karin